Onderzoeken naar beschermde natuur voor de Omgevingswet in 2025, 2026 en 2027

Dit jaar en de komende jaren zijn wij actief bezig met onderzoeken welke soorten dieren en planten aanwezig zijn bij woningen. Wij zijn deze jaren actief, omdat we in 2025, 2026 en 2027 onderhouds- en verduurzamingswerk willen uitvoeren die gevolgen kunnen hebben voor dieren en planten. 

Als het werk gevolgen heeft voor een beschermde dier of plant soort. Dan moeten wij maatregelen nemen. En een omgevingsvergunning aanvragen. Dit moet gebeuren voor het werk begint. Dit betekent dat wij ook ruim voor dat wij aan het werk willen bij een woning starten met onderzoeken naar aanwezige soorten dieren en planten.  

Hoe ziet dit onderzoek er uit? 
Wij werken samen met Blom Ecologie voor het voldoen aan de Omgevingswet. Eerst laten wij ecologen ons geplande werk nakijken. Als dit gevolgen heeft voor de natuur gaan ecologen kijken of deze natuur ook aanwezig is bij de woningen waar het werk gepland staat. Dit doen zijn door bezoeken aan wijken. De ecologen gaan kijken of ze beschermde dier- en plantsoorten tegen komen.

Beschermde dieren die voorkomen in ons gebied zijn de huismus, gierzwaluw en vleermuis. Om deze dieren te kunnen zien gaan de ecologen op bijzondere tijden op pad. Dit zijn de tijden die de dieren actief zijn. De onderzoeken naar dier- en plantsoorten zijn altijd tussen 1 april en 1 oktober. En vaak rondom zonsopkomst en zonsondergang. De aanwezigheid van ecologen in wijken wordt niet aangekondigd, omdat dit heel wisselend is. De ecologen zijn wel te herkennen aan hun kleding met het logo van Blom Ecologie. 

Als er beschermde dier- en plantsoorten zijn gezien tijdens de bezoeken in de wijken, dan gaan de ecologen onderzoeken starten naar deze soorten bij die woningen. Ook dan bezoeken ze de wijken, maar gaan ze ook kijken of en waar wij maatregelen moeten nemen voor de soorten. 

Hoe ziet het vervolg na de onderzoeken er uit? 
Als blijkt dat het werk wat we willen uitvoeren bij een woning overlast of schade brengt voor de natuur moeten wij maatregelen nemen. Bijvoorbeeld planningen verschuiven, het werk of de materialen aanpassen of voorzieningen treffen voor de natuur, zoals tijdelijke verblijfplaatsen voor dieren. In deze gevallen moeten wij dan vaak ook een vergunning natuur aan vragen bij de provincie. Zij beoordelen onze maatregelen en kunnen ons een vergunning geven om tijdelijk aan het werk te gaan.  
 
Het nemen van maatregelen, zoals het verzorgen van tijdelijke verblijfsplaatsen is een intensief en lang proces. Waarbij wij ook hulp nodig hebben van omwonende. Want tijdelijke verblijfplaatsen moeten in de omgeving van de woning, maar niet bij de woning zelf geplaatst worden. 

Het beoordelen van de vergunning door de provincie heeft tijd nodig. Maar ook de dieren hebben de tijd nodig om zich te verplaatsen. Daarom zit er vaak maanden tussen het nemen van de maatregelen en het ontvangen van de vergunning. 

Heb je vragen?
Misschien vind je het antwoord bij vragen en antwoorden op deze pagina. 

Staat je vraag er niet bij? Neem gerust contact met ons op. Wij helpen je graag verder. Je bereikt ons via telefoonnummer (0184) 61 44 88. Op werkdagen van maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 16.00 uur of per e-mail via infofienwonennl.